Stukje geschiedenis
Na de Tweede Wereldoorlog was voor de landbouw de leus: veel produceren voor een lage prijs.
Dat moest bereikt worden door mechanisatie, ruilverkaveling, gebruik kunstmest, schaalvergroting.
De toenmalige landen van de EU (EEG destijds) vonden die aanpak een prioriteit. Het mocht niet meer gebeuren dat mensen net als in de oorlogen honger zouden lijden.
Daarom ging een groot deel van de begroting op aan landbouwsubsidie.
Aanvankelijk kenden de boeren een welvarende tijd. Echter veel landen begonnen de koppositie van Nederland op dat gebied te kopiëren. Daaronder erg grote landen, zoals Frankrijk, Canada, Brazilië, VS, Australië, USSR (Rusland van toen).
Daar kon de schaalvergroting in Nederland niet tegenop, uiteindelijk.
Boeren hadden forse investeringen gedaan, gestimuleerd door regeringen van toen, banken, coöperaties.
Ondertussen nam het aantal inwoners van Nederland fors toe. Grondprijzen stegen. Boeren moesten nog meer aan schaalvergroting en modernisering doen. Investeringen rezen de pan uit.
Nederland hoorde en hoort nog steeds, bij de topproducenten van voedsel. Een klein land zorgde voor voedsel voor een groot deel van de wereldbevolking.
Veestallen werden megastallen! Overschotten op de voedselmarkt zorgden voor nog lagere verkoopprijzen voor de boeren. De prijzen van alle productiemiddelen, lonen, lasten, levensonderhoud stegen echter wel. Dit zorgde ervoor dat er "netto onder de streep" minder over bleef voor de boeren.
Om nog enig acceptabel inkomen te kunnen genereren moesten boeren nog meer aan schaalvergroting doen, een baan erbij nemen of hun bedrijf verkopen.
Veel boeren kwamen in de problemen doordat de kostprijzen/productieprijzen voor de boeren hoger waren dan hun verkoopprijzen.
Boeren bepalen niet zelf hun verkoopprijzen, maar zijn afhankelijk van wat de markt hen biedt. Extra zuur voor boeren is dat zij wel de grootste risico's dragen (misoogsten door klimaatexcessen).
De laatste decennia zijn er forse problemen voor hen bijgekomen.
Uiteindelijk kom ik tot de conclusie dat boeren vanaf de Tweede Wereldoorlog op een spoor zijn terecht gekomen, bedacht door deskundigen van die tijd, dat aanvankelijk prima werkte. Na verloop van tijd is men dat spoor blijven volgen, maar "vergat" men te kijken naar nieuwe inzichten en ontwikkelingen op andere terreinen, zoals: belang van biodiversiteit, invloed van klimaatverandering, impact van bestrijdingsmiddelen en kunstmest/overbemesting, toenemende (terechte) belangstelling voor biologische producten en vegetarische voeding, totale milieuschade van landbouw, toename bevolking en daardoor vraag om bouwgrond, toename behoefte aan recreatie- en natuurgebieden.
Ook het feit dat grote landen de kunst van bulkproductie (monocultuur, mega-stallen) hadden afgekeken en uiteindelijk door hun grotere oppervlakten betere kansen kregen op de wereldmarkt heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de veranderde positie van de Nederlandse boeren.
Ik vergelijk het met een autonavigatie-systeem: als je dat niet tijdig update, dan kun je voor behoorlijke verrassingen komen staan.
In het leven speelt meer dan één factor.
Bovendien: "Leven is tekenen zonder gummetje!"
De problemen waar boeren nu mee te maken hebben.
= klimaatveranderingen (misoogsten door hitte, droogte, overvloedige regen, extremiteiten in het weer);
= milieuproblematiek ( ammoniakuitstoot, bemesting, stikstofoxides, methaan, kunstmestgebruik, fosfaat, bestrijdingsmiddelen);
= verzilting grond;
= schuldgevoel, gevoel van onderwaardering, behoefte aan respect (Niet alleen: "Boer zoekt vrouw!", maar ook "Boer zoekt respect!");
= regelgeving: hoewel dat voor iedere burger telt, worden boeren wel extra belast met een papierwinkel;
= onzekerheid door a. wisselend beleid van overheid b. strengere wetgeving/normen;
= grote investeringen om aan nieuwe eisen te kunnen voldoen, om over te schakelen op alternatieve richtingen/ander soort bedrijf;
= afstand boer-overheid en boer-burger; gevoel van niet begrepen worden;
= banken die moeilijk doen bij overschakelen op b.v. bio-landbouw;
= vergroting afstand mens - natuur door verstedelijking, verzakelijking; gevoel mens dat we boven de natuur staan, terwijl we juist onderdeel zijn van die natuur; als de natuur bedreigd wordt, worden wij mensen ook bedreigd.
Na de Tweede Wereldoorlog was voor de landbouw de leus: veel produceren voor een lage prijs.
Dat moest bereikt worden door mechanisatie, ruilverkaveling, gebruik kunstmest, schaalvergroting.
De toenmalige landen van de EU (EEG destijds) vonden die aanpak een prioriteit. Het mocht niet meer gebeuren dat mensen net als in de oorlogen honger zouden lijden.
Daarom ging een groot deel van de begroting op aan landbouwsubsidie.
Aanvankelijk kenden de boeren een welvarende tijd. Echter veel landen begonnen de koppositie van Nederland op dat gebied te kopiëren. Daaronder erg grote landen, zoals Frankrijk, Canada, Brazilië, VS, Australië, USSR (Rusland van toen).
Daar kon de schaalvergroting in Nederland niet tegenop, uiteindelijk.
Boeren hadden forse investeringen gedaan, gestimuleerd door regeringen van toen, banken, coöperaties.
Ondertussen nam het aantal inwoners van Nederland fors toe. Grondprijzen stegen. Boeren moesten nog meer aan schaalvergroting en modernisering doen. Investeringen rezen de pan uit.
Nederland hoorde en hoort nog steeds, bij de topproducenten van voedsel. Een klein land zorgde voor voedsel voor een groot deel van de wereldbevolking.
Veestallen werden megastallen! Overschotten op de voedselmarkt zorgden voor nog lagere verkoopprijzen voor de boeren. De prijzen van alle productiemiddelen, lonen, lasten, levensonderhoud stegen echter wel. Dit zorgde ervoor dat er "netto onder de streep" minder over bleef voor de boeren.
Om nog enig acceptabel inkomen te kunnen genereren moesten boeren nog meer aan schaalvergroting doen, een baan erbij nemen of hun bedrijf verkopen.
Veel boeren kwamen in de problemen doordat de kostprijzen/productieprijzen voor de boeren hoger waren dan hun verkoopprijzen.
Boeren bepalen niet zelf hun verkoopprijzen, maar zijn afhankelijk van wat de markt hen biedt. Extra zuur voor boeren is dat zij wel de grootste risico's dragen (misoogsten door klimaatexcessen).
De laatste decennia zijn er forse problemen voor hen bijgekomen.
Uiteindelijk kom ik tot de conclusie dat boeren vanaf de Tweede Wereldoorlog op een spoor zijn terecht gekomen, bedacht door deskundigen van die tijd, dat aanvankelijk prima werkte. Na verloop van tijd is men dat spoor blijven volgen, maar "vergat" men te kijken naar nieuwe inzichten en ontwikkelingen op andere terreinen, zoals: belang van biodiversiteit, invloed van klimaatverandering, impact van bestrijdingsmiddelen en kunstmest/overbemesting, toenemende (terechte) belangstelling voor biologische producten en vegetarische voeding, totale milieuschade van landbouw, toename bevolking en daardoor vraag om bouwgrond, toename behoefte aan recreatie- en natuurgebieden.
Ook het feit dat grote landen de kunst van bulkproductie (monocultuur, mega-stallen) hadden afgekeken en uiteindelijk door hun grotere oppervlakten betere kansen kregen op de wereldmarkt heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de veranderde positie van de Nederlandse boeren.
Ik vergelijk het met een autonavigatie-systeem: als je dat niet tijdig update, dan kun je voor behoorlijke verrassingen komen staan.
In het leven speelt meer dan één factor.
Bovendien: "Leven is tekenen zonder gummetje!"
De problemen waar boeren nu mee te maken hebben.
= klimaatveranderingen (misoogsten door hitte, droogte, overvloedige regen, extremiteiten in het weer);
= milieuproblematiek ( ammoniakuitstoot, bemesting, stikstofoxides, methaan, kunstmestgebruik, fosfaat, bestrijdingsmiddelen);
= verzilting grond;
= schuldgevoel, gevoel van onderwaardering, behoefte aan respect (Niet alleen: "Boer zoekt vrouw!", maar ook "Boer zoekt respect!");
= regelgeving: hoewel dat voor iedere burger telt, worden boeren wel extra belast met een papierwinkel;
= onzekerheid door a. wisselend beleid van overheid b. strengere wetgeving/normen;
= grote investeringen om aan nieuwe eisen te kunnen voldoen, om over te schakelen op alternatieve richtingen/ander soort bedrijf;
= afstand boer-overheid en boer-burger; gevoel van niet begrepen worden;
= banken die moeilijk doen bij overschakelen op b.v. bio-landbouw;
= vergroting afstand mens - natuur door verstedelijking, verzakelijking; gevoel mens dat we boven de natuur staan, terwijl we juist onderdeel zijn van die natuur; als de natuur bedreigd wordt, worden wij mensen ook bedreigd.
Met de kennis van nu...... moet het anders!!
Mogelijke oplossingen
Alle oplossingen zullen opoffering vragen. Nooit zal alles voor ieder goed uitpakken.
De landbouw staat voor een grote uitdaging. Op dezelfde voet verder gaan is geen optie meer. Klimaatomstandigheden zullen veranderingen afdwingen. Ook gezondheid van ieder (dus ook van de boeren zelf), toename van milieubewustzijn gaan een steeds grotere rol spelen. Heel de samenleving staat voor veranderingen voor zover die nog niet aan de gang zijn. Daar boeren zelfstandige ondernemers zijn, zal daar de onzekerheid nog groter worden.
Het zal m.i. niet zo zijn dat het vak verdwijnt, dat is onmogelijk. die zekerheid is er wél. Zoals veel beroepen óf verdwenen óf sterk veranderd zijn, zal dat ook op de boerderijen gebeuren.
Hoewel ik geen landbouwer/landbouwdeskundige ben, heb ik wel nagedacht over dit probleem. Op basis van relevante informatie, inzichten in ecologie meen ik een goed onderbouwde visie te hebben verkregen.
Ik zie de volgende mogelijkheden/ uitwegen/bijdragen tot een oplossing.
a. Voor alle boeren een basisinkomen waar ze op kunnen rekenen. Kostprijzen bepalen de bodemprijzen.
b. Niet méér megastallen, maar afbouwen tot kleinere bedrijven en minder vee met neveninkomsten (zie verder).
c. Banken vergemakkelijken op financieel gebied de overschakeling naar biologische, biodynamische, kringloop, natuurinclusieve, duurzame of regeneratieve landbouw. (voor verschillen zie: *)
d. Lange termijn visie promoten. Uitgangspunten: Wat is goed voor de aarde? Wat is goed voor de mensheid?
e. Voortvarend overstappen op: Drie vormen van landbouwbedrijven (zie hieronder)
1. De productiebedrijven: grote boerderijen waar nog grootschalige landbouw kan plaats vinden.
Boeren van deze bedrijven gaan stap voor stap overschakelen op bio-landbouw.
Bio-chemie i.p.v. petro-chemie; stalmest of nog beter groenbemesting i.p.v. kunstmest en drijfmest.
Zij worden geholpen/voorgelicht door de huidige bio-boeren, daar die al heel veel ervaring, kennis en kunde in huis hebben.
Financieel worden deze boeren gesteund door subsidie (Wie stappen zet bij overschakeling wordt ervoor beloond).
Tussenhandel en supermarkten ondersteunen afname van producten tegen aanvaardbare prijzen.
2. De huidige bio-boeren gaan verder met uitproberen nieuwe methodieken, nieuwe rassen, nieuwe producten, strokenakkerbouw, kringlooplandbouw.
Zij helpen de boeren van categorie 1 en worden daarvoor betaald door de overheid. Zij delen ervaringen en inzichten met de collega-boeren.
Supermarkten en handelaren ondersteunen deze vorm van landbouw met afname van producten tegen aanvaardbare prijzen en promoten het consumeren van producten uit de omgeving en bio-producten. Geen paginagrote advertenties meer met "kiloknallers" en kortingen op ongezond voedsel. Deze verplichting wordt geregeld door de overheid. Overheid schaft b.v. de extra BTW op groenten, fruit en gezond voedsel af.
3. De kleinste bedrijven en de bedrijven die ecologisch gezien ongunstig liggen krijgen een andere bestemming of de boeren ervan een andere functie. Mogelijkheden:
- Zij worden omgeschoold tot landschapsbeheerders en kunnen daarnaast hun bedrijfje (kleinschalig) blijven voortdoen met ook andere taken, werkzaamheden.
- Een deel van hun bedrijf kan ingezet worden als nieuw natuurgebied of een voedselbos.
- De boeren doen eventueel naast hun taken iets ambachtelijks (brood bakken, kaas maken enz.)
- Geven excursies op hun bedrijfje en in de natuur in de omgeving.
- Verhuren stukjes grond als volkstuintje.
- Runnen een zorgboerderij.
- Geven lessen milieu-educatie met de mogelijkheid voor kinderen om praktisch werk te doen/assisteren.
- Runnen een kinderboerderij met niet alleen dieren, maar ook de mogelijkheid om te helpen bij verbouwen van producten, land bewerken.
- Verkopen bio-producten in eigen boerderijwinkel.
Mogelijke oplossingen
Alle oplossingen zullen opoffering vragen. Nooit zal alles voor ieder goed uitpakken.
De landbouw staat voor een grote uitdaging. Op dezelfde voet verder gaan is geen optie meer. Klimaatomstandigheden zullen veranderingen afdwingen. Ook gezondheid van ieder (dus ook van de boeren zelf), toename van milieubewustzijn gaan een steeds grotere rol spelen. Heel de samenleving staat voor veranderingen voor zover die nog niet aan de gang zijn. Daar boeren zelfstandige ondernemers zijn, zal daar de onzekerheid nog groter worden.
Het zal m.i. niet zo zijn dat het vak verdwijnt, dat is onmogelijk. die zekerheid is er wél. Zoals veel beroepen óf verdwenen óf sterk veranderd zijn, zal dat ook op de boerderijen gebeuren.
Hoewel ik geen landbouwer/landbouwdeskundige ben, heb ik wel nagedacht over dit probleem. Op basis van relevante informatie, inzichten in ecologie meen ik een goed onderbouwde visie te hebben verkregen.
Ik zie de volgende mogelijkheden/ uitwegen/bijdragen tot een oplossing.
a. Voor alle boeren een basisinkomen waar ze op kunnen rekenen. Kostprijzen bepalen de bodemprijzen.
b. Niet méér megastallen, maar afbouwen tot kleinere bedrijven en minder vee met neveninkomsten (zie verder).
c. Banken vergemakkelijken op financieel gebied de overschakeling naar biologische, biodynamische, kringloop, natuurinclusieve, duurzame of regeneratieve landbouw. (voor verschillen zie: *)
d. Lange termijn visie promoten. Uitgangspunten: Wat is goed voor de aarde? Wat is goed voor de mensheid?
e. Voortvarend overstappen op: Drie vormen van landbouwbedrijven (zie hieronder)
1. De productiebedrijven: grote boerderijen waar nog grootschalige landbouw kan plaats vinden.
Boeren van deze bedrijven gaan stap voor stap overschakelen op bio-landbouw.
Bio-chemie i.p.v. petro-chemie; stalmest of nog beter groenbemesting i.p.v. kunstmest en drijfmest.
Zij worden geholpen/voorgelicht door de huidige bio-boeren, daar die al heel veel ervaring, kennis en kunde in huis hebben.
Financieel worden deze boeren gesteund door subsidie (Wie stappen zet bij overschakeling wordt ervoor beloond).
Tussenhandel en supermarkten ondersteunen afname van producten tegen aanvaardbare prijzen.
2. De huidige bio-boeren gaan verder met uitproberen nieuwe methodieken, nieuwe rassen, nieuwe producten, strokenakkerbouw, kringlooplandbouw.
Zij helpen de boeren van categorie 1 en worden daarvoor betaald door de overheid. Zij delen ervaringen en inzichten met de collega-boeren.
Supermarkten en handelaren ondersteunen deze vorm van landbouw met afname van producten tegen aanvaardbare prijzen en promoten het consumeren van producten uit de omgeving en bio-producten. Geen paginagrote advertenties meer met "kiloknallers" en kortingen op ongezond voedsel. Deze verplichting wordt geregeld door de overheid. Overheid schaft b.v. de extra BTW op groenten, fruit en gezond voedsel af.
3. De kleinste bedrijven en de bedrijven die ecologisch gezien ongunstig liggen krijgen een andere bestemming of de boeren ervan een andere functie. Mogelijkheden:
- Zij worden omgeschoold tot landschapsbeheerders en kunnen daarnaast hun bedrijfje (kleinschalig) blijven voortdoen met ook andere taken, werkzaamheden.
- Een deel van hun bedrijf kan ingezet worden als nieuw natuurgebied of een voedselbos.
- De boeren doen eventueel naast hun taken iets ambachtelijks (brood bakken, kaas maken enz.)
- Geven excursies op hun bedrijfje en in de natuur in de omgeving.
- Verhuren stukjes grond als volkstuintje.
- Runnen een zorgboerderij.
- Geven lessen milieu-educatie met de mogelijkheid voor kinderen om praktisch werk te doen/assisteren.
- Runnen een kinderboerderij met niet alleen dieren, maar ook de mogelijkheid om te helpen bij verbouwen van producten, land bewerken.
- Verkopen bio-producten in eigen boerderijwinkel.
Op naar kringlooplandbouw, biologische, regeneratieve, biodynamische, duurzame of natuurinclusieve landbouw.
(circulaire landbouw)
(circulaire landbouw)
Oostenrijk. Een voorbeeld?
Een tijdje geleden (30 sept. 2021) stond er een interessant artikel in de Volkskrant over bioboeren in Oostenrijk.
Het komt er in het kort op neer dat de Oostenrijkse regering, met ÖVP als regeringspartij (evenknie CDA!) al in de jaren '90 aan zag komen dat Oostenrijk moest overschakelen op kwaliteit, bio-landbouw dus. De regering stopte vele miljarden (landbouwsubsidies van EU) in de overschakeling. Met onderstaand resultaat.
Een klein citaat:
"Het wordt met trots verkondigd: Oostenrijk is Europees en zelfs wereldkampioen bio. ‘Wat ons met voetbal nog niet is gelukt’, stelt een persbericht van het Oostenrijkse ministerie van Landbouw met gevoel voor ironie, ‘dat hebben we in de biologische landbouw wel bereikt. Oostenrijk is Weltmeister.’ Ruim 26 procent van de landbouw in het Alpenland is biologisch. Daarmee voldoet het op dit moment als enige EU-land aan de doelstelling die de landen zichzelf hebben gesteld voor 2030, dan moet 25 procent van de EU-landbouw biologisch zijn."
2e citaat:
"Dat had resultaat. Tussen 1990 en 2000 groeide het aantal biologische boerderijen in Oostenrijk met een factor tien tot ruim 18 duizend. Een stijging die in de jaren daarna, zij het iets geleidelijker, werd voortgezet. Nu telt Oostenrijk 24.500 biologische boerenbedrijven. Het aantal conventionele boerderijen neemt juist af.
Na de toetreding tot de EU ging Oostenrijk daarmee door. In tegenstelling tot een land als Nederland dat de EU-landbouwsubsidies vooral gebruikt als inkomensondersteuning voor alle boeren, steekt Oostenrijk een groot deel van zijn EU-geld in gerichte steun aan de biologische landbouw met premies voor overschakelende boeren, investeringssubsidies en toeslagen op biologisch bewerkte grond.
Per jaar, zegt Köstinger (minister van landbouw) trots, pompt Oostenrijk alles bij elkaar 500 miljoen euro in de biologische landbouw. ‘We hebben het samen met de boeren gedaan.’ "
Reactie van Michaël de Wilde van Bionext in NL:
"Het (NL) is ook altijd een handelsland geweest, benadrukt Wilde. ‘Het maximale uit de grond halen, zo veel mogelijk melk uit de koe persen, dat past in de gedachtegang van de bv Nederland. Ons hele beleid was altijd daarop gericht.’ Nederlandse producten staan erom bekend dat ze betrouwbaar en goedkoop zijn, niet omdat ze uitblinken in smaak. ‘Denk maar aan het wasserbombeschandaal.’Maar beleid speelt volgens Wilde ook een belangrijke rol. Waar in Oostenrijk de biologische landbouw massief wordt ondersteund, is die steun er in Nederland niet of nauwelijks. ‘In het buitenland is dat succesvol geweest. In Nederland moeten biologische boeren hun eigen broek ophouden.’ De markt moet zijn werk maar doen, is de achterliggende gedachte, ‘terwijl juist de gangbare landbouw ongelofelijk veel subsidie krijgt’.
Wilde heeft goede hoop dat daarin iets gaat veranderen met de nieuwe EU-doelstelling. ‘Ik ben heel erg van marktwerking, maar er is echt een rol voor de overheid weggelegd om biologische boeren te stimuleren. Wij vragen heus geen miljarden. Maar er zijn veel boeren die willen overschakelen, die moet je helpen.’ "
* Biologische, biodynamische, duurzame, natuurinclusieve, regeneratieve of circulaire landbouw?
De verschillen.
Biologische, biodynamische, duurzame, natuurinclusieve, regeneratieve of circulaire landbouw?
Een bodem die raakt uitgeput, bijvoorbeeld door het gebruik van bestrijdingsmiddelen, produceert geen gezonde gewassen meer en draagt niet bij aan een beter milieu. Gelukkig zijn er veel verschillende manieren van landbouw die de biodiversiteit en de bodem juist versterken. Denk aan biologische, circulaire of regeneratieve landbouw. Triodos Bank financiert alleen boeren die het minstens biologisch doen of dat willen gaan doen. Paul Kortekaas, manager team Landbouw & Voeding van Triodos Bank, helpt boeren stappen maken naar bio of naar nog een stap verder. Hij neemt ons mee in de verschillende vormen.
1. Biologische landbouw
Paul: “Biologische landbouw is een veerkrachtig systeem dat de gezondheid van de bodem in stand houd, dierenwelzijn waarborgt en eerlijke prijzen hanteert. Aan de basis van de biologische landbouw staan de biodiversiteit, de natuurlijke kringlopen en de ecologische processen.”
Dit zijn de vijf principes uit die centraal staan bij biologische landbouw:
· Een vruchtbare, levende bodem waarbij de gewassen op een stuk grond jaarlijks worden afgewisseld. Bij grasland wordt gebruik gemaakt van een mix van verschillende grassen en kruiden.
· Een biologische boer gebruikt geen kunstmest. Alleen dierlijke mest en compost om de veerkracht van het ecosysteem te versterken. Door het ‘afval’ van dieren en planten als grondstof voor het voeden van de bodem te gebruiken, is de kringloop rond.
· Biologische boeren gebruiken alleen natuurlijke gewasbescherming. Dit versterkt de biodiversiteit.
· (Pluim)vee mag buiten wroeten, scharrelen of grazen. De dieren hebben op een biologische boerderij meer ruimte en leven langer.
· Biologische boeren beperken het gebruik van antibiotica bij dieren.
Om je producten biologisch te mogen noemen, moeten ze aan allerlei strenge eisen voldoen. Dat wordt ook goed gecontroleerd door SKAL, de toezichthouder op de biologische keten. Paul weet dat het voor ‘gewone’ boeren een behoorlijk karwei is om over te stappen naar biologische landbouw.
Paul: “De eerste twee jaar moeten ze veel tijd en geld investeren om aan de criteria te kunnen voldoen. De omzet daalt zelfs door een lagere opbrengst waar ze nog een gangbare prijs voor krijgen. Pas twee jaar na de overstap kunnen producten met een SKAL-keurmerk verkocht worden en levert het dus een hogere prijs op. Toch zie je dat steeds meer boeren de stap (willen) zetten. Vanuit Triodos Bank helpen we boeren daarbij. Soms zelfs met een omschakelkrediet. Maar we willen graag dat ze naast de stap naar biologisch ook nadenken wat ze verder nog kunnen doen om te verduurzamen. Denk aan het gebruik van duurzame energie of het tegengaan van verspilling van restproducten. Daarnaast werken we ook aan een netwerk van biologische boeren, waarbij boeren elkaar kunnen helpen.”
> Lees ook hoe de gebroeders Snippe biologisch én slim boeren.
2. Biodynamische landbouw
De biologisch-dynamische landbouw ziet de natuur als een holistisch systeem. Bodem, natuur, mens en kosmos zijn met elkaar verbonden.
Het gaat zo een stap verder dan biologische landbouw. De boeren leven veel meer met de seizoenen. Ook houden ze rekening met hemellichamen als de maan, de werking daarvan op de aarde en dus ook op het groeien van planten en bomen. Zo heeft de maan niet alleen invloed op eb en vloed, maar bijvoorbeeld ook op de waterhuishouding van een plant.
Biodynamische boer John Arink.
Paul: “Het waren biodynamische boeren die ontdekten dat een wassende maan gunstig is om bovengrondse gewassen te planten, snoeien of bemesten en een afnemende maan juist gunstig is voor ondergrondse plantendelen.”
Maar dat is niet het enige waar ze rekening mee houden, weet Paul. “Biodynamische boeren produceren grotendeels zelf het voer voor hun dieren. De boeren werken dus met een gesloten kringloop.”
Ook wat dierenwelzijn betreft, zijn er strengere eisen voor biodynamische boeren. De dieren krijgen meer ruimte en koeien houden hun hoorns. De producten van biodynamische boeren bevatten nog minder additieven (toevoegingen om bijvoorbeeld de smaak of houdbaarheid te verbeteren).
Biodynamische producten herken je aan het Demeter keurmerk.
> Lees het verhaal van John Arink die het systeem wil veranderen door biodynamisch te boeren.
3. Circulaire, ofwel kringlooplandbouw
Kringloopboeren werken aan een gesloten systeem. Ze gebruiken alles en laten geen reststroom ongebruikt, legt Paul uit. “Het uitgangspunt van de kringlooplandbouw is dat de directe productie van voedselgewassen voor mensen het meest efficiënt is. Dieren zijn gezond voor de grond en de bodem, want door de uitwerpselen van de dieren is het voor planten mogelijk om te groeien. En daarnaast zijn dieren in staat om gras te eten; iets dat wij mensen niet kunnen.
Maar het houden van te veel dieren op een te klein oppervlakte zorgt voor problemen. Als we minder dierlijke en meer plantaardige eiwitten gaan eten, kan de veestapel inkrimpen en kunnen we de landbouwgrond die we nu voor veevoer gebruiken, inzetten voor de productie van voedsel voor mensen. Een overgang naar een dieet waar we meer plantaardig gaan eten is bovendien beter voor de volksgezondheid.”
Als Triodos Bank staan we achter de visie van het kabinet om meer kringlooplandbouw te stimuleren, geeft Paul aan. “Maar wij gaan alleen een stap verder. Kringlooplandbouw an sich hoeft niet biologisch te zijn en sluit bijvoorbeeld geen gebruik van chemische landbouwbestrijding en kunstmest uit.”
4. Natuurinclusieve landbouw
“Natuurinclusieve landbouw is een manier van boeren waar de natuur baat bij heeft” vertelt Paul. “Dat betekent dat de biodiversiteit toeneemt in plaats van afneemt. Denk bijvoorbeeld aan kruidenrijk grasland, bloemrijke perceelranden, houtwallen, hagen, bomen en poelen, die de natuur versterken. Boeren die natuur inclusief werken, gebruiken ook minder mest en krachtvoer, geen of nauwelijks gewasbeschermingsmiddelen en hebben aandacht voor een gezonde bodem.”
Natuurinclusief boeren heeft net als kringloopboeren geen eigen keurmerk. Maar dat hebben biologische- en biodynamische boeren wel en die boeren ook natuurinclusief. Lees bijvoorbeeld dit verhaal terug van Joost en Sandra van Dam die biologisch boeren terwijl ze ook voor de weidevogels zorgen.
5. Duurzame landbouw
Deze term wordt vaak gebruikt, geeft Paul aan. Maar volgens hem een te brede term. “Want wat bedoelen we er precies mee? Het staat al buiten kijf dat het huidige systeem duurzamer moet. Het is aangetoond dat het huidige gangbare landbouwsysteem niet duurzaam is.”
Het huidige gangbare landbouwsysteem doet een te groot beroep op grondstoffen, water en energie. Bovendien is het ongezond voor mensen en landbouwhuisdieren, wordt het milieu belast en tast het biodiversiteit en landschap aan. Daarom heeft de overheid gekozen voor een transitie naar een duurzamer landbouwsysteem waarbij er minder kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen en antibiotica worden gebruikt.
Paul: “De overheid stimuleert de boeren. Ook om emissies terug te brengen en meer circulair veevoer te gebruiken. Natuurlijk is het een stap in de goede richting, maar voor ons is minder dan de biologische principes niet genoeg. Zo sluiten wij chemische bestrijdingsmiddelen uit.”
6. Regeneratieve landbouw
Regeneratieve landbouw helpt de bodem herstellen. Een gezonde bodem zorgt voor plantengroei, regulatie van koolstof en een goede waterhuishouding. Daarnaast bevatten gewassen die op een gezonde bodem groeien ook voldoende voedingsstoffen, waardoor ze weer een positief effect hebben op de mens.
“Jarenlang heeft de landbouw een negatieve impact gehad op de bodem, het grondwater en de biodiversiteit”, geeft Paul aan. “Bij regeneratieve landbouw wordt gekeken hoe deze vorm van landbouw een positief effect kan hebben op het herstel hiervan. Door te werken met een grote variëteit aan gewassen, die elkaar en de bodem voeden. Uiteindelijk zal regeneratieve landbouw positief bijdragen aan de natuur, het milieu, het klimaat en de voedselzekerheid.”
De verschillen.
Biologische, biodynamische, duurzame, natuurinclusieve, regeneratieve of circulaire landbouw?
Een bodem die raakt uitgeput, bijvoorbeeld door het gebruik van bestrijdingsmiddelen, produceert geen gezonde gewassen meer en draagt niet bij aan een beter milieu. Gelukkig zijn er veel verschillende manieren van landbouw die de biodiversiteit en de bodem juist versterken. Denk aan biologische, circulaire of regeneratieve landbouw. Triodos Bank financiert alleen boeren die het minstens biologisch doen of dat willen gaan doen. Paul Kortekaas, manager team Landbouw & Voeding van Triodos Bank, helpt boeren stappen maken naar bio of naar nog een stap verder. Hij neemt ons mee in de verschillende vormen.
1. Biologische landbouw
Paul: “Biologische landbouw is een veerkrachtig systeem dat de gezondheid van de bodem in stand houd, dierenwelzijn waarborgt en eerlijke prijzen hanteert. Aan de basis van de biologische landbouw staan de biodiversiteit, de natuurlijke kringlopen en de ecologische processen.”
Dit zijn de vijf principes uit die centraal staan bij biologische landbouw:
· Een vruchtbare, levende bodem waarbij de gewassen op een stuk grond jaarlijks worden afgewisseld. Bij grasland wordt gebruik gemaakt van een mix van verschillende grassen en kruiden.
· Een biologische boer gebruikt geen kunstmest. Alleen dierlijke mest en compost om de veerkracht van het ecosysteem te versterken. Door het ‘afval’ van dieren en planten als grondstof voor het voeden van de bodem te gebruiken, is de kringloop rond.
· Biologische boeren gebruiken alleen natuurlijke gewasbescherming. Dit versterkt de biodiversiteit.
· (Pluim)vee mag buiten wroeten, scharrelen of grazen. De dieren hebben op een biologische boerderij meer ruimte en leven langer.
· Biologische boeren beperken het gebruik van antibiotica bij dieren.
Om je producten biologisch te mogen noemen, moeten ze aan allerlei strenge eisen voldoen. Dat wordt ook goed gecontroleerd door SKAL, de toezichthouder op de biologische keten. Paul weet dat het voor ‘gewone’ boeren een behoorlijk karwei is om over te stappen naar biologische landbouw.
Paul: “De eerste twee jaar moeten ze veel tijd en geld investeren om aan de criteria te kunnen voldoen. De omzet daalt zelfs door een lagere opbrengst waar ze nog een gangbare prijs voor krijgen. Pas twee jaar na de overstap kunnen producten met een SKAL-keurmerk verkocht worden en levert het dus een hogere prijs op. Toch zie je dat steeds meer boeren de stap (willen) zetten. Vanuit Triodos Bank helpen we boeren daarbij. Soms zelfs met een omschakelkrediet. Maar we willen graag dat ze naast de stap naar biologisch ook nadenken wat ze verder nog kunnen doen om te verduurzamen. Denk aan het gebruik van duurzame energie of het tegengaan van verspilling van restproducten. Daarnaast werken we ook aan een netwerk van biologische boeren, waarbij boeren elkaar kunnen helpen.”
> Lees ook hoe de gebroeders Snippe biologisch én slim boeren.
2. Biodynamische landbouw
De biologisch-dynamische landbouw ziet de natuur als een holistisch systeem. Bodem, natuur, mens en kosmos zijn met elkaar verbonden.
Het gaat zo een stap verder dan biologische landbouw. De boeren leven veel meer met de seizoenen. Ook houden ze rekening met hemellichamen als de maan, de werking daarvan op de aarde en dus ook op het groeien van planten en bomen. Zo heeft de maan niet alleen invloed op eb en vloed, maar bijvoorbeeld ook op de waterhuishouding van een plant.
Biodynamische boer John Arink.
Paul: “Het waren biodynamische boeren die ontdekten dat een wassende maan gunstig is om bovengrondse gewassen te planten, snoeien of bemesten en een afnemende maan juist gunstig is voor ondergrondse plantendelen.”
Maar dat is niet het enige waar ze rekening mee houden, weet Paul. “Biodynamische boeren produceren grotendeels zelf het voer voor hun dieren. De boeren werken dus met een gesloten kringloop.”
Ook wat dierenwelzijn betreft, zijn er strengere eisen voor biodynamische boeren. De dieren krijgen meer ruimte en koeien houden hun hoorns. De producten van biodynamische boeren bevatten nog minder additieven (toevoegingen om bijvoorbeeld de smaak of houdbaarheid te verbeteren).
Biodynamische producten herken je aan het Demeter keurmerk.
> Lees het verhaal van John Arink die het systeem wil veranderen door biodynamisch te boeren.
3. Circulaire, ofwel kringlooplandbouw
Kringloopboeren werken aan een gesloten systeem. Ze gebruiken alles en laten geen reststroom ongebruikt, legt Paul uit. “Het uitgangspunt van de kringlooplandbouw is dat de directe productie van voedselgewassen voor mensen het meest efficiënt is. Dieren zijn gezond voor de grond en de bodem, want door de uitwerpselen van de dieren is het voor planten mogelijk om te groeien. En daarnaast zijn dieren in staat om gras te eten; iets dat wij mensen niet kunnen.
Maar het houden van te veel dieren op een te klein oppervlakte zorgt voor problemen. Als we minder dierlijke en meer plantaardige eiwitten gaan eten, kan de veestapel inkrimpen en kunnen we de landbouwgrond die we nu voor veevoer gebruiken, inzetten voor de productie van voedsel voor mensen. Een overgang naar een dieet waar we meer plantaardig gaan eten is bovendien beter voor de volksgezondheid.”
Als Triodos Bank staan we achter de visie van het kabinet om meer kringlooplandbouw te stimuleren, geeft Paul aan. “Maar wij gaan alleen een stap verder. Kringlooplandbouw an sich hoeft niet biologisch te zijn en sluit bijvoorbeeld geen gebruik van chemische landbouwbestrijding en kunstmest uit.”
4. Natuurinclusieve landbouw
“Natuurinclusieve landbouw is een manier van boeren waar de natuur baat bij heeft” vertelt Paul. “Dat betekent dat de biodiversiteit toeneemt in plaats van afneemt. Denk bijvoorbeeld aan kruidenrijk grasland, bloemrijke perceelranden, houtwallen, hagen, bomen en poelen, die de natuur versterken. Boeren die natuur inclusief werken, gebruiken ook minder mest en krachtvoer, geen of nauwelijks gewasbeschermingsmiddelen en hebben aandacht voor een gezonde bodem.”
Natuurinclusief boeren heeft net als kringloopboeren geen eigen keurmerk. Maar dat hebben biologische- en biodynamische boeren wel en die boeren ook natuurinclusief. Lees bijvoorbeeld dit verhaal terug van Joost en Sandra van Dam die biologisch boeren terwijl ze ook voor de weidevogels zorgen.
5. Duurzame landbouw
Deze term wordt vaak gebruikt, geeft Paul aan. Maar volgens hem een te brede term. “Want wat bedoelen we er precies mee? Het staat al buiten kijf dat het huidige systeem duurzamer moet. Het is aangetoond dat het huidige gangbare landbouwsysteem niet duurzaam is.”
Het huidige gangbare landbouwsysteem doet een te groot beroep op grondstoffen, water en energie. Bovendien is het ongezond voor mensen en landbouwhuisdieren, wordt het milieu belast en tast het biodiversiteit en landschap aan. Daarom heeft de overheid gekozen voor een transitie naar een duurzamer landbouwsysteem waarbij er minder kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen en antibiotica worden gebruikt.
Paul: “De overheid stimuleert de boeren. Ook om emissies terug te brengen en meer circulair veevoer te gebruiken. Natuurlijk is het een stap in de goede richting, maar voor ons is minder dan de biologische principes niet genoeg. Zo sluiten wij chemische bestrijdingsmiddelen uit.”
6. Regeneratieve landbouw
Regeneratieve landbouw helpt de bodem herstellen. Een gezonde bodem zorgt voor plantengroei, regulatie van koolstof en een goede waterhuishouding. Daarnaast bevatten gewassen die op een gezonde bodem groeien ook voldoende voedingsstoffen, waardoor ze weer een positief effect hebben op de mens.
“Jarenlang heeft de landbouw een negatieve impact gehad op de bodem, het grondwater en de biodiversiteit”, geeft Paul aan. “Bij regeneratieve landbouw wordt gekeken hoe deze vorm van landbouw een positief effect kan hebben op het herstel hiervan. Door te werken met een grote variëteit aan gewassen, die elkaar en de bodem voeden. Uiteindelijk zal regeneratieve landbouw positief bijdragen aan de natuur, het milieu, het klimaat en de voedselzekerheid.”
inspiratie opdoen?
Klik voor meer weten en zien.
https://www.youtube.com/watch?app=desktop&v=LUlot1lpbEg
https://www.youtube.com/watch?v=ZrcGfcCLCK8
https://www.youtube.com/watch?v=MZa9qd0FQrc
https://www.youtube.com/watch?v=DHAoVq5P_U0
Meer weten over regeneratieve landbouw? zie: wij.land/wat-is-regeneratieve-landbouw/
https://edepot.wur.nl/550509 : vergroten biodiversiteit in de landbouw, bemesting enz. Zeer leerzaam met duidelijke afbeeldingen!!
https://www.vruchtbarebodem.nl/nl/vruchtbare-bodem/bodem--bemesting/biologische-eigenschappen/ondergrondse-biodiversiteit
Klik voor meer weten en zien.
https://www.youtube.com/watch?app=desktop&v=LUlot1lpbEg
https://www.youtube.com/watch?v=ZrcGfcCLCK8
https://www.youtube.com/watch?v=MZa9qd0FQrc
https://www.youtube.com/watch?v=DHAoVq5P_U0
Meer weten over regeneratieve landbouw? zie: wij.land/wat-is-regeneratieve-landbouw/
https://edepot.wur.nl/550509 : vergroten biodiversiteit in de landbouw, bemesting enz. Zeer leerzaam met duidelijke afbeeldingen!!
https://www.vruchtbarebodem.nl/nl/vruchtbare-bodem/bodem--bemesting/biologische-eigenschappen/ondergrondse-biodiversiteit
Daar ecologie een wetenschap is die constant werkt met feiten, is het wel eens handig om te beschikken over enige feitenkennis, parate kennis.
Plastic soep! Is .........
(Klik op plaatje)
Troep!!
(Klik op plaatje)
Troep!!
Het leven wordt voorwaarts geleefd en achterwaarts begrepen!!